Een pacemaker voorkomt te langzame hartslagen. De meeste ICD’s kunnen dit ook, maar hebben daarnaast de mogelijkheid om in te grijpen bij een gevaarlijke, snelle ritmestoornis. Dat kunnen pacemakers niet.
Hier vindt u uw
patiëntenportaal
De afkorting ICD staat voor Implanteerbare Cardioverter Defibrillator. U kunt bijvoorbeeld in aanmerking komen voor een ICD als u een verhoogde kans heeft op levensbedreigende hartritmestoornissen, of als u deze al heeft gehad. Een ICD kan een hartritmestoornis waarnemen en beëindigen met kleine elektrische pulsjes, of door een schok af te geven.
Wij helpen u graag verder. Neem telefonisch contact met ons op of stel gemakkelijk online uw vraag (alleen voor niet-medische vragen).
De beslissing om een ICD te implanteren of vervangen neem je niet zomaar. Als de cardioloog plaatsing van een ICD adviseert, krijgt u een inlogcode voor de ICD-keuzehulp. Dit is een website waarop u veel informatie kunt vinden over de ICD. Heeft u geen code gekregen, dan kunt u deze ook zelf aanmaken. Zie https://icd.keuzehulp.nl.
In het Groene Hart Ziekenhuis worden geen ICD’s geïmplanteerd. Wel kunt u in het Groene Hart Ziekenhuis terecht voor de controles van de ICD.
Een pacemaker voorkomt te langzame hartslagen. De meeste ICD’s kunnen dit ook, maar hebben daarnaast de mogelijkheid om in te grijpen bij een gevaarlijke, snelle ritmestoornis. Dat kunnen pacemakers niet.
Klik hier voor een overzichtelijk stappenplan betreffende de ICD en uw rijbewijs.
Autorijden (privégebruik of beperkt beroepsmatig) is vaak mogelijk met een ICD. Na het plaatsen van een ICD is het oude rijbewijs niet meer geldig en geldt een tijdelijk rijverbod. Afhankelijk van de situatie zal dit gelden voor 14 dagen of voor 2 maanden. Na deze periode dient u bij uw gemeente een nieuw rijbewijs aan te vragen met een code-100 aantekening. Hier heeft u een gezondheidsverklaring, een rapport van de cardioloog en soms een werkgeversverklaring voor nodig. Door via mijncbr een gezondheidsverklaring in te vullen, wordt dit proces in gang gezet. Voor meer informatie verwijzen wij u graag naar de website van het CBR en de STIN (stichting ICD dragers Nederland).
Sinds enkele jaren kan er ook een S-ICD, ofwel subcutane ICD, geplaatst worden. Dit type ICD wordt niet onder het sleutelbeen geplaatst, maar onder de linker oksel. Het belangrijkste verschil met andere ICD’s is dat de draad niet in het hart, maar onder de huid naast het borstbeen wordt gelegd. Deze ICD kan niet zoals een pacemaker langzame hartslagen voorkomen. Ook de S-ICD wordt wel gecontroleerd, maar niet geïmplanteerd in het Groene Hart Ziekenhuis. Meer informatie over de S-ICD kunt u vinden op: www.S-ICD.nl.
Het is mogelijk om de schok-functie van de ICD uit te zetten. Dit is bijvoorbeeld belangrijk in de laatste fase van een terminale ziekte. De ICD kan dan door ongewenste therapie het stervensproces in de weg staan. Na overlijden is het nodig dat de ICD verwijderd wordt. Nabestaanden kunnen dit bespreken met de uitvaartbegeleider. Meer informatie leest u in de folder ‘ICD en het levenseinde’ (Patientenfolder ICD-pacemaker richtlijn.pdf (pallialine.nl)
Bel direct 112:
Bel de polikliniek cardiologie (0182-505010):
Na een schok van de ICD mag u niet zelf autorijden, ook niet om naar het ziekenhuis te komen. U hoort van uw pacemakertechnicus of cardioloog wanneer u weer mag autorijden.
Met een ICD mag u gereanimeerd worden. Ook de AED kan zo nodig gebruikt worden.
Vanaf 1 januari 2020 is het verplicht in Nederland om data over implantaten (zoals uw ICD) aan te kunnen leveren aan het Landelijk Implantaten Register (LIR). Ook is het verplicht dat u schriftelijk de gegevens over uw implantaat ontvangt. U krijgt deze informatie op een pasje mee van uw technicus. Dit pasje ontvangt u in het ziekenhuis van implantatie of bij de eerste poliklinische afspraak na implantatie in het GHZ.
Wilt u meer weten over het LIR? Kijk dan op de website van de rijksoverheid.