Ménière
De ziekte van Ménière wordt gekenmerkt door een combinatie van drie klachten:
- Aanvallen van draaiduizelingen
Bij de ziekte van Ménière treden vooral in het beginstadium plotseling aanvallen op van draaiduizeligheid met valneiging. Meestal gaan deze aanvallen gepaard met misselijkheid, braken, bleek zien en koud zweet. Zo'n aanval kan een paar uur duren. Niet iedere aanval is even zwaar.
- Slechthorendheid
Soms ontstaat direct, soms wat later, gehoorverlies. Meestal is dat in het begin eenzijdig en begint het gehoorverlies in de lage tonen. In de loop van de tijd kan ook het verstaan van spraak minder gemakkelijk worden. In het begin van de ziekte kan de ernst van de slechthorendheid nogal wisselen.
- Oorsuizen
U krijgt last van oorsuizen. Soms kan dat geluid ook brommend, dreunend of fluitend zijn. Bovendien lokaliseren sommige mensen het gehoorde lawaai niet in het oor, maar in hun hoofd. Meestal is het oorsuizen het ergst tijdens en vlak na een duizeligheidaanval.
Pas als al deze symptomen allemaal aanwezig zijn en er geen andere oorzaak voor deze klachten aanwijsbaar is, wordt de diagnose ziekte van Ménière gesteld. Het was de Franse arts Prosper Ménière die in 1861 deze combinatie van klachten voor het eerst beschreef.
Ondanks jaren van uitgebreid onderzoek, ook in ons land, is nog steeds niet bekend wat nu de precieze oorzaak van de ziekte is. Waarschijnlijk is sprake van ophoping (hydrops) van endolymfe, de vloeistof die zich in de binnenste ruimte van het slakkenhuis bevindt. Een scheurtje in de dunne wand tussen deze ruimte en de ruimte erom heen (gevuld met de vloeistof perilymfe), leidt tot vermenging van vloeistoffen en kan een aanval geven.
Stress en drukte veroorzaken de ziekte niet, maar kunnen deze wel negatief beïnvloeden.
Kijk voor uitgebreide informatie over de ziekte van Ménière en het behandeltraject op de website van de Nederlandse Vereniging voor Keel-Neus-Oorheelkunde en Heelkunde van het Hoofd-Halsgebied.